Ieder
uur, elk moment is mooi. Als Vic Gremmer met zijn oude zalmschouw het
water op gaat in de Biesbosch, dan is hij verwachtingsvol en blij. “Wat is
er te zien, hoe is het licht? Een strelende warme wind, of kou die je
ogen doen tranen?”
Die
momenten wil hij vastleggen, tekenend en schilderend. “Hoe zit het echt in
elkaar, hoe kan ik het moment treffen? Wat zie ik en wat wil ik laten
zien? Zweten, ploeteren, proberen, durven. Het is een reis.”
Vergankelijkheid is een terugkerend thema in zijn werk. Het weerspiegelt
zijn verwondering over de kringloop van de seizoenen. De natuur is volgens
Vic de beste schilder; de werkelijkheid is al perfect genoeg. Hij
schildert enkel wat er al is. “Kijken en voelen, en dat weergeven met
kwast en verf of met pen en inkt. Dit is niet een cognitief proces. Iets
maken is als de echo van de natuur. Het is mijn beleving.”
Want
juist in een tijd van digitale beleving en multimedia geniet Vic er nog
steeds van om met verfkwasten en andere tastbare materialen te werken.
Laag over laag, als een huid. Soms gebruikt hij ook materialen uit de
natuur als schildergerei. Soms verwerkt hij die in een schilderij, zoals
ooit een vleugel van een gaai.
Op
die manier probeert Vic zijn band met de Biesbosch en de natuur vast te
leggen; zijn verwondering over de vormen, het licht, de sfeer en de kleur.
“Misschien wel om mijn zijn te definiëren. Ik schilder alleen wat er al
is, ik leer kijken, ik kijk, ik zie.”
Vic
heeft een kenmerkende en eigenzinnige stijl, in zijn eigen woorden een
‘handschrift’. Denk daarbij aan een ruige toets, het vegen en krabben van
verf en het daarna weer opnieuw proberen. Het is vrij werken met verf,
zoals hij dat wil. “Verf als materie met een subtiel geschilderd dier als
ijkpunt. Daarmee definieer ik het geschilderde. De Biesbosch, op mijn
manier. Ik leer nog iedere dag om te kijken.” |